Je denkt misschien niet meteen aan economie als je aan een hamburger denkt. Maar de prijs van een Big Mac kan wél iets zeggen over hoe het gaat in een land. Dat is precies het idee achter de Big Mac Index (ook wel de Hamburger Index), bedacht door het tijdschrift The Economist.
Omdat een Big Mac overal bijna hetzelfde is, kun je aan de prijs zien hoeveel mensen daar ongeveer te besteden hebben en hoe duur het leven in dat land is.
Stel: in Nederland kost een Big Mac €5, maar in India omgerekend €2. Dan zie je meteen dat je geld daar verder reikt. Is een Big Mac duur in een land? Dan verdienen mensen vaak meer, of zijn dingen daar duurder. Is hij juist goedkoop? Dan is de munt vaak minder waard, of het leven goedkoper.
De Big Mac Index laat dus zien of een munt onder- of overgewaardeerd is vergeleken met andere landen.
De Hamburger Index is geen officiële economische regel, maar het geeft wél snel een indruk van hoe het met een land gaat. In landen met veel inflatie stijgt de prijs van een Big Mac snel. In stabiele economieën blijft die vaak redelijk gelijk. Grote prijsverschillen tussen landen kunnen laten zien dat de munt minder waard is, of dat mensen daar minder kunnen kopen voor hun geld.
Het is een simpele, maar slimme manier om naar economie te kijken. Geen lastige grafieken of rapporten, maar gewoon: wat kost een burger? Dus als je in het buitenland een Big Mac bestelt, kijk dan eens goed naar de prijs. Je steekt er misschien meer van op dan je denkt.